Workplace innovation policies in European countries. A Report to Kowin

Workplace innovation policies in European countries 
A report to KOWIN

 

2009 – Totterdill et. al. deden een studie naar de ontwikkeling van (overheids)programma’s workplace innovation (WPI, sociale innovatie) in enkele Europese landen. Dit was een opdracht van het Zuid Koreaanse agentschap KOWIN, die o.a. daarmee een nationaal WPI programma voorbereidde. (Zie hier onder voor enkele referentie naar Zuid Koreaanse ontwikkelingen).

Het rapport van de studie van UK WON, 2009 is nog steeds relevant omdat hieruit veel geleerd kan worden over de ontwikkeling van de theorie, praktijk en vooral het (overheids)beleid inzake workplace innovation (WPI) of  (in Nederland:)  Sociale Innovatie.


Landen en Programma’s
In de bijlage van het rapport zijn uitgebreide beschrijvingen opgenomen van programma’s in enkele Europese landen, te weten:

  • Finland: TYKES. Dit is een programma betreffende vernieuwingen in het kader van ‘industrial relations’ dat later werd voortgezet als TEKES en geïntegreerd in het nationale innovatiebeleid. Het eerste programma van deze reeks startte in 1973.  Het doel  (anno 2009) is kort gezegd: promoten van een kwalitatief goede en duurzame productiviteitsgroei. Steekwoorden voor dit programma zijn: teamwerk, ontwikkelingsactiviteiten, samenwerking tussen management en personeel, kwaliteit van producten en diensten, kwaliteit van productieprocessen.
  • Frankrijk: Anact. Dit is een nationaal agentschap opgericht in 1973. Het wil de kwaliteit van de arbeid en de efficiëntie van bedrijven verhogen door innovatieve projecten te ontwikkelen in arbeidsorganisaties met een focus op participatie. Steekwoorden zijn: vergrijzing, gezondheidsbevordering, risicopreventie, vakmanschap en competenties/inzetbaarheid, arbeidsorganisatie en technologie, problemen van het bewegingsapparaat en stress.
  • Duitsland (Federaal): Project Management Agency, PT-DLR. Dit is een not-for profit agentschap voortkomend uit het federaal ministerie voor Onderwijs en Wetenschap. Zij hebben sinds het programma Humanisierung der Arbeit (1974) het beleid in Duitsland op dit terrein voortgezet. Anno 2009 zijn centrale thema’s: partnerschap als een waarde creërende keten, partnerschap bij innovatie, bevorderen van de samenwerking tussen MKB bedrijven, balans tussen flexibiliteit en stabiliteit, mensen betrekken in het innovatieproces, nieuwe vormen van arbeid en kwalificaties.
  • Noord-Rijn, Westfalen: Gesellschaft für Innovative Beschäftigungsförderung (GIB, organisatie voor innovatieve werkgelegenheidsbevordering) is een organisatie die in 1984 in het leven is geroepen door het Ministerie van Werkgelegenheid, Gezondheid en Sociale Zaken van de deelstaat NRW. Kernthema’s hier zijn: verbetering van de concurrentiepositie van MKB; modernisering van arbeidsorganisaties, bevordering van leven-lang leren, gezondheid en veiligheid op het werk, verbetering van de inzetbaarheid van werknemers.
  • Ierland: het Workplace Innovation Fund (WIF) is in het leven geroepen in 2001 en viel later onder het National Centre for Partnership and Performance (NCPP), een overheidsinstituut ter bevordering van het partnerschap in de arbeidsverhoudingen. Kernthema’s van het WIF zijn: Sociale innovatie bevorderen, ontwikkelen van verandervaardigheden in het bijzonder ten aanzien van management en HR praktijk, kwaliteit van arbeid en werkgelegenheid.
  • Noorwegen: Virkemidler for Regional FoU og Innovasjon (VRI, Programma voor regionaal R&D en Innovatie) is gestart in 2007 en is een programma van het nationale fonds voor research en innovatie. De kernthema’s van dit programma zijn: bevordering van de samenwerking tussen bedrijven en research instellingen, versterking van de rol van R&D instellingen als regionale stakeholders, ontwikkelen van een systematische aanpak van innovatie door samenwerking en dialoog, ondersteuning van het overheidsbeleid gericht op een grotere regionale autonomie.

 

Conclusies
De programma’s, hoewel heel verschillend van aard, hebben gemeen dat zij gebaseerd zijn op een ‘high road’ conceptueel model. Dat wil zeggen dat zij systematisch uitgaan van organisatieverandering en kwaliteit van de arbeid en zoeken naar duurzame win-win voor productiviteit en kwaliteit van de arbeid. Werknemersparticipatie staat centraal in deze benadering en ook is er een belangrijke rol voor de sociale partners als deskundige deelnemers aan het veranderingsproces.
Er is empirisch bewijs dat het ‘high road’ concept goed gefundeerd is en haalbaar.

Lessen
Schaalproblemen zijn op te lossen. Anact (Fr.) en GIB (NRW- De) bieden een relatief beperkte ondersteuning aan zeer diverse midden en klein bedrijven; maar voor de bedrijven is dit een bemoedigende stimulans. Hier uit blijkt dat het succes van kortdurende interventies afhangt van de beschikbaarheid van grondige wetenschappelijke kennis en een cultuur die bevorderlijk is voor ‘high road’ sociale innovatie.
Onderzoeksprogramma’s spelen een sleutelrol. Het vormen van lerende netwerken van bedrijven als middel om verandering te stimuleren en vol te houden, wordt hier duidelijk.
Sociale Innovatie programma’s kunnen niet in een vacuüm bestaan. Al deze programma’s hebben een bredere impact op het overheidsbeleid en de relevante instituties doordat zij met andere agentschappen en actoren netwerken bouwen waarin op basis van vertrouwen kan worden samengewerkt.
Betrokkenheid van de sociale partners is ook een fundamenteel kenmerk van de hier beschreven programma’s. Investeren in de competentie en de capaciteit om mee te doen van de organisaties van de sociale partners zou een belangrijk onderdeel van een nationaal programma moeten zijn.

Referentie
Totterdill, Peter; Oliver Exton, Rosemary Exton, Jessica Sherrin. ‘Workplace innovation policies in European Countries. A report to KOWIN.’ (2009) UK Work Organisation Network.
In de bijlage: Workplace innovation Direction and Government Policies in Korea, 2008/2009.
En zie over meer recent Koreaans overheidsbeleid: https://www.businesskorea.co.kr/news/articleView.html?idxno=27454

 

Thema’’s: Arbeidsverhoudingen, Externe samenwerking, MKB, Sociale Innovatie
Sector: n.v.t.
Bron: Onderzoeksrapport